Sophie Ellis-Bextor - Wanderlust (Waardering Muziekwereld) 7+
Het is bijna ondenkbaar dat zangeres annex fotomodel Sophie Ellis-Bextor het succes van haar hit Murder On The Dance Floor ooit nog zal overtreffen, maar haar vijfde album bevat desondanks zeer aangename liedjes.
Eind jaren 90 was Ellis-Bextor al als zangeres actief, toen als frontvrouw van het door de Britse muziekpers bejubelde bandje Theaudience. Haar solocarrière als popzangeres wierp met debuutalbum Read My Lips meer vruchten af en ook had ze dancehits met Armin van Buuren, Busface, Freemasons en natuurlijk met Spiller. Vier albums en twaalf jaar na Read My Lips horen we echter een andere Ellis-Bextor op Wanderlust. De gedistingeerde nasale stem is onveranderd, maar de muziek des te meer. De dansbare Kylie Minogue-achtige faux-disco heeft plaatsgemaakt voor meer organische bandproducties, met zanger Ed Harcourt als producer en co-auteur. Het is niet de meest voor de handliggende combinatie, maar het werkt opvallend goed. Vooral de eerste helft van de plaat is sterk met de zwierige sixtiespop van Until The Stars Collide en Runaway Daydreamer, het op indiepop uit de jaren 80 geënte The Deer & The Wolf, pianoballad Young Blood en het melancholieke Interlude.
Chique
Rocknummer 13 Little Dolls klinkt wat ontypisch voor de zangeres en is ook het meest stevige nummer op Wanderlust. De jaren 60-stijlelementen worden voortgezet op Wrong Side Of The Sun en Love Is A Camera, maar zwalken tussen chique en banaal. In Cry To The Beat Of The Band schuilt mogelijk een hitje voor Ellis-Bextor. Het zwoele stemgeluid van Sophie Ellis-Bextor leent zich voor alle stijlen waar de popster zich ooit aan gewaagd heeft, maar op het ingetogen gitaarliedje When The Storm Has Blown Over klinkt ze sexier dan ooit. Of de liedjes op Wanderlust geliefd genoeg blijken voor een terugkeer naar de hitparades of dansvloeren, is twijfelachtig.
Auteur: Pierre Oitmann
Bron: http://www.nu.nl/cd-recensies/3681870/sophie-ellis-bextor---wanderlust.html
Gepubliceerd op Muziekwereld: 16 februari 2014
|
|