Solomon Burke - Don't give up
on me *****
Natuurlijk
leerde Solomon Burke zingen in de kerk. Zo gaat dat nu eenmaal met soulzangers.
Bijzonder is wel dat Burke als knaap geen genoegen nam met alleen een stem in
het kerkkoor. Hij had zijn zinnen op de kansel gezet. En jawel, hij was nog maar
zeven jaar oud toen hij al grote bekendheid genoot als wonder boy preacher. Hij
bracht in de jaren veertig niet alleen de kerkgangers in zijn geboorteplaats
Philadelphia, Pennsylvania in vervoering met zijn donderpreken, via het
radiostation WDAS bereikte hij een nog veel groter publiek. Wat die godvrezende
radioluisteraars niet konden zien was dat de kinderdominee gehuld ging in een
hermelijnen mantel en op het hoofd een kroon droeg.
Iets koninklijks heeft Solomon Burke altijd behouden. Ook toen hij in de jaren
zestig, na een korte carričre als gospelzanger, een van de sterren werd van het
in soulmuziek gespecialiseerde Atlantic-label, droeg hij op het podium graag die
koningsoutfit. Al even koninklijk was zijn bijnaam: the king of rock and soul.
Waar dat 'rock' op slaat, is onduidelijk, want als iemand pure soul zong, was
hij het. Zeventien miljoen platen heeft hij verkocht, maar hij is lang zo bekend
niet als bijvoorbeeld Otis Redding. Onterecht, vindt Jerry Wexler, indertijd een
van de huisproducers van Atlantic, die Solomon Burke waar het maar kan roemt als
de grootste soulzanger aller tijden.
De koning
van de soul is terug!!
Natuurlijk wordt Wexler ook weer geciteerd in de hoestekst van 'Don't Give Up
On Me', de prachtige cd, waarop de inmiddels 62-jarige koning Burke terugkeert
uit een lange ballingschap. Niet dat hij al die tijd stil heeft gezeten. Naast
zijn activiteiten als voorganger in zijn eigen kerk, is hij altijd blijven
zingen, maar wel buiten het licht van de grote schijnwerpers. Don't give up on
me plaatst hem er weer middenin, al is het alleen maar door de indrukwekkende
lijst van grootheden die hun medewerking aan de plaat verlenen: Elvis
Costello, Bob Dylan, Nick Lowe, Van Morrison, Dan Penn, Tom Waits en Brian
Wilson.
Heel begrijpelijk heeft de platenmaatschappij op het cd-doosje een sticker
laten plakken met daarop al die klinkende namen. Maar denk niet dat je al die
grote jongens ook echt te horen krijgt op 'Don't Give Up On Me'. Dit is gelukkig
niet zo'n vervelende duetten-cd, waarop in elk nummer weer een nieuwe gast moet
worden verwelkomd. Costello en al die anderen eren Solomon Burke op een veel
interessantere manier: allen schonken ze de soulzanger een nog niet eerder
uitgebracht liedje van eigen hand, in enkele gevallen werd het zelfs speciaal
voor hem geschreven.
Een song van Nick Lowe is iets heel anders dan een song van Tom Waits, maar
Solomon Burke weet dat diverse materiaal heel gemakkelijk naar zijn hand te
zetten. Ook al herken je de schrijver van een liedje vaak zonder problemen,
het is toch elke keer vooral een nummer van Solomon Burke geworden. Al die
collega's uit de hoogtijdagen van de soulmuziek zijn inmiddels dood of
versleten, maar hij klinkt nog springlevend. Hij heeft de stem van een grote
bruine beer, maar er zit aan die stem ook een lekker scherp randje.
In vier dagen werd de cd live in de studio opgenomen. Precies zoals dat
vroeger ging. Geen overdubs, geen digitaal poetswerk. Zoals Solomon Burke het
zelf zegt: ''Het is verbazend wat je allemaal met de moderne techniek kunt
doen, maar het is ook verbazend wat je er allemaal niet mee kunt.''
Op
'Don't
Give
Up
On
Me'
gaat hij back to the roots.
In de
nostalgie-val trapt hij daarbij niet. Daar zijn de songs ook te bijzonder
voor. Tom Waits' Diamond in your mind klinkt als een soulnummer, maar heeft
een tekst die nogal afwijkt van wat gebruikelijk is in het genre. En Brian
Wilsons Soul Searchin' mag dan een simpele tekst hebben, hier is het juist
weer de muziek die Burke uitdaagt.
Met Costello's The Judgement lijkt hij niet echt uit de voeten te kunnen.
Misschien dat het - tekenend voor Costello - ook wat al te verstandelijk is
voor deze plaat waarop alles om het gevoel draait. Het mooist is in dat
opzicht None of us are free, van Barry Mann en Cynthia Weil. Dat
songschrijversduo ontbreekt op die genoemde sticker op dit album. In de jaren zestig schreven ze niettemin een hele reeks hits,
waaronder 'On Broadway' en 'You've Lost That Lovin' Feeling'. Ze kunnen het nog
steeds: 'None Of Us Are Free' is het nummer, waarop
Solomon Burke echt het onderste uit de kan haalt.
Het is ook het nummer, waarop de voormalige wonder boy preacher het dichtst bij
zijn roots komt. Bijgestaan door gospelkoor The Blind Boys of Alabama en door
Rudy Copeland op hammondorgel, pardon Brother Rudy Copeland (hij is de vaste
organist in Burke's eigen kerk), zweept hij de luisteraar op tot grote
emoties. Een paar minuten duurt het slechts, maar er gebeurt in die paar
minuten meer dan in het complete oeuvre van de meeste artiesten. Zieltjes
hoeven er niet te worden gewonnen in 'None Of Us Are Free', dit is gospel die
ook de meest verstokte atheďst laat delen in de religieuze ervaring.
28 juli 2002
Tracks
& credits
Terug
naar hoofdindex