Bob Marley

Zanger/gitarist/superster die de eer toekomt zowel de reggae als het rasta-geloof bij een groot publiek te hebben geïntroduceerd en gepopulariseerd. Jimmy Cliff geldt als de ontdekker van de man die na zijn dood door Jamaicanen als een volksheld wordt vereerd. Cliff stelt Marley, zoon van een Engelse vader en Jamaicaanse moeder en grootgebracht in het getto van Trenchtown (West-Kingston), in het begin van de jaren zestig voor aan de lokale promotor/producer Leslie Kong. Marleys eerste singles Judge Not en One More Cup Of Coffee floppen. In '64 vormen Peter Tosh, Bunny Livingstone alias Bunny Wailer, Junior Braithwaite, Beverley Kelso, Cherry, Constantine Walker en Marley zelf de groep The Wailers, die bij het opnemen van hun platen gebruikmaken van (ska)-sessiemuzikanten van Studio One. Marley, de grote leider, schrijft het merendeel van het materiaal, dat onder supervisie van producer Coxsone Dodd nu wél aanslaat. Vanaf '65 wordt de ene na de andere Jamaicaanse hit opgenomen: Simmer Down, It Hurts To Be Alone, Bend Down Low. Het zijn songs waarin onderwerpen als liefde en rebellie tegen het gezag centraal staan. Ze maken onderdeel uit van de prachtige Studio One-compilatie "ONE LOVE". In '67 zijn de Wailers gereduceerd tot Marley, Tosh en Livingstone. Het trio neemt zelf de productie van de platen op zich. Marley vertrekt voor negen maanden naar de Verenigde Staten om geld te verdienen. Hij raakt er bevriend met de Amerikaanse reggaezanger Johnny Nash, die twee Peter Tosh-composities adapteert, terwijl The Wailers voor Nash' JAD-label een album opnemen. In maart '71 helpt Marley Nash in Zweden bij het schrijven van de muziek voor de film Love Is Not A Game. Hiervan is een akoestische set te horen op "SONGS OF FREEDOM". Nash scoort een hit met Marleys Stir It Up. Eerder, in '69, nemen The Wailers onder productionele supervisie van Lee Perry "SOUL REBELS" en "SOUL REVOLUTION" op. In '69 komen Upsetters-lid Aston 'Family Man' Barrett en diens broer Carlton de gelederen versterken. Marley speelt dan inmiddels gitaar, Tosh toetsen en Livingstone percussie. In '70 richt Marley Tuff Gong Records op, vestigt hij zijn eigen platenzaakje en doet hij direct goede zaken met de Wailers-hit Trenchtown Rock. Het is ongeveer vanaf die tijd dat Marley de op de terug-naar-Afrika-gedachte van Marcus Garvey gebaseerde Rasta-theorie predikt. Chris Blackwell van Island Records, stelt de financiële middelen beschikbaar om "CATCH A FIRE" op te nemen, een in alle opzichten sublieme plaat, waarop in de teksten op intrigerende manier de doffe ellende van Kingstons gettobevolking doorklinkt. Met de gebroeders Barrett als ritmesectie worden succesvolle tournees door Engeland en de Verenigde Staten gemaakt, waarvan de opnamen tien jaar na de dood van Marley op "TALKIN' BLUES" aan de openbaarheid worden prijsgegeven. Marley's gestaag groeiende populariteit krijgt een enorme impuls als Eric Clapton met het op "BURNIN'" voorkomende nummer I Shot The Sheriff een wereldhit scoort. Met ingang van de klassieker "NATTY DREAD", die een groot aantal zeer memorabele composities bevat, dienen The Wailers zich aan als Bob Marley & The Wailers. Tosh en Livingstone blijken de formatie om financiële redenen te hebben verlaten. Tegelijkertijd is de groep voor wat achteraf haar klassieke bezetting zal blijken versterkt met leadgitarist Al Anderson en toetsenman Bernard 'Touter' Harvey, die later zelf weer opgevolgd worden door respectievelijk Junior Marvin en Tyrone Downie. Ook zijn op "NATTY DREAD" voor het eerst The I-Threes van de partij, een dameskoortje bestaande uit Judy Mowatt, Marcia Griffiths en Bobs echtgenote Rita Marley. In '75 geven Bob Marley & The Wailers in het Londense Lyceum een aantal sensationele concerten, waarvan een weerslag op de aanrader "LIVE" te vinden is. De op deze plaat voorkomende live-versie van No Woman No Cry groeit uit tot een wereldhit en bewerkstelligt een Europese doorbraak die voor wat Nederland betreft extra gestalte krijgt met een indrukwekkend optreden op 13 juni '76 in de Amsterdamse Jaap Edenhal. Na het verschijnen van het nogal teleurstellende "RASTAMAN VIBRATION" komt Marley op 3 december in het wereldnieuws vanwege een aanslag die door politieke tegenstanders op hem, Rita en zijn manager wordt gepleegd. Daarbij raakt Marley gewond, waarna hij naar Engeland vertrekt om in '77 terug te komen met het minder sociaal en politiek getinte "EXODUS". Deze plaat, waarmee hij doorbreekt in de Verenigde Staten, plus opnieuw een aantal sensationele optredens (onder meer in de Haagse Houtrusthallen) maken hem definitief tot een publieksidool. In '78 keert hij terug naar Jamaica voor een concert ter verzoening van elkaar bestrijdende politieke leiders. Marley ontvangt later van de Verenigde Naties een vredesmedaille en vertrekt voor het eerst naar Afrika. Hij continueert zijn status als eerste superster uit de Derde Wereld moeiteloos met "KAYA" en "BABYLON BY BUS". "BABYLON BY BUS" is een dubbele, in Europa opgenomen live-elpee. Het rootsy, politiek getinte "SURVIVAL", zijn beste en militantste album, staat in het teken van Afrika en vooral van het kort daarvoor onafhankelijk geworden Zimbabwe, waar Marley tijdens de bijbehorende festiviteiten optreedt. "UPRISING" wordt afgesloten door het akoestische Redemption Song, waarin Marley in voor ieder begrijpelijke bewoordingen de kern van de Rasta-filosofie uitlegt. Na eerder in het jaar Ethiopië en Zimbabwe te hebben bezocht, wordt bij Marley in september '80 kanker gediagnostiseerd. Op 11 mei '81, in een kliniek te Florida, geeft zijn lichaam de strijd op - de leeuw is dood, waardoor de reggaemuziek afscheid moet nemen van zijn meest spirituele leider ooit. In zijn geboorteplaats groeit het Marley-mausoleum uit tot een waar bedevaartsoord. In de badplaats Montego Bay richt men het Bob Marley (Performance) Center op, waar het jaarlijkse Reggae Sunsplash-festival wordt gehouden. In de lente van '83 verschijnt "CONFRONTATION", een verzameling van overgebleven, opnieuw bewerkte nummers en singlekantjes die alleen maar op Jamaica zijn uitgebracht. In '84 verschijnt de voorbeeldig samengestelde compilatie "LEGEND", een internationale bestseller. De moorden op drummer Carlton Barrett op 17 april '87 en Peter Tosh op 11 september van dat jaar werpen een schaduw over The Wailers. Tosh, die op "CATCH A FIRE", "AFRICAN HERBSMAN", "BURNIN'" en "KAYA" meedoet, maakt fraaie solosingles en scoort hits, ook in Nederland. "LEGALIZE IT" en "EQUAL RIGHTS" staan te boek als klassiek. In '78 schopt zijn duet met Mick Jagger, de Temptations-cover Don't Look Back, het tot wereldhit. Tussen alle bedrijven door komen er nog (hele) oude, vergeten platen van het oorspronkelijke Wailers-trio uit: "CHANCES ARE" en "IN THE BEGINNING". Het geweldige "ALL THE HITS" bevat tevens alle dubsides uit hun rocksteady-periode, voordat ze met Lee Perry in zee gaan. Ook de begeleidingsband The Wailers toert weer na het uitbrengen van "IDENTITY", een toegankelijke maar vlakke, discoreggae-plaat. De plaats van Carlton Barrett is dan ingenomen door ex Lee Perry-sessiedrummer Mikey 'Boo' Richards. In Nigeria en Zuid-Afrika blijkt Marleys inspiratie nog steeds heel erg voelbaar in talloze groepen, die zijn rastagedachten en het streven naar gelijkheid voor de onderdrukte arme massa fel gestalte geven. In september '92 komt de schitterende 4CD-box "SONGS OF FREEDOM" uit, waarop tal van nooit eerder uitgebrachte opnamen staan. Ook "IN MEMORIAM" met zijn Wailin'n Soul'n-singles en -dubs is zeer de moeite waard, evenals de bootleg die Lee Perry onder de naam Upsetter Record Shop uitbrengt. Het van een afgestoft 'nieuw' nummer voorziene "SONGS OF FREEDOM" is een overbodige compilatie, die ongetwijfeld is samengesteld met de idee in het achterhoofd dat er van voorganger "LEGEND" tien miljoen exemplaren zijn verkocht. In '94 wordt Bob Marley opgenomen in de Rock & Roll Hall Of Fame. Ondertussen is er het nodige te doen over de erfenis van Bob Marley. Doordat hij geen testament heeft achtergelaten ontstaan er nogal wat juridische problemen. Een in '87 gerezen conflict wordt pas in '93 enigszins opgelost. Marley's twaalf kinderen, verwekt bij zeven verschillende vrouwen, hebben dan echter nog steeds geen aandeel in hun erfenis. Wel treden steeds meer telgen uit de Marley-familie muzikaal voor het voetlicht. Met Ziggy Marley voorop maken ze hun entree op het Reggae Sunsplash-festival van '81. "PLAY THE GAME RIGHT" en "HEY WORLD!" zijn middelmatig, maar met het door Talking Heads' Chris Frantz en Tina Weymouth geproduceerde "CONSCIOUS PARTY", dat een Grammy Award wint, breken Ziggy en The Melody Makers (zijn broer Stephen en zijn zusjes Cedella en Sharon) definitief door, mede geholpen door overtuigende optredens in Europa en de Verenigde Staten en de hit Tomorrow People. Vanaf "ONE BRIGHT DAY" stoeit de band met soul, funk-, en hip hop-ritmes. Met Kozmik van "ZIGGY MARLEY & THE MELODY MAKERS" heeft de groep in Nederland haar tweede Top 10-hit. Op "JAHMEKYA" verwerkt Ziggy ook jazzy moods en op "JOY AND BLUES" probeert hij zijn sound te vernieuwen, maar het resultaat stelt teleur. "FREE LIKE WE WANT 2 B" en "FALLEN IS BABYLON" zijn wat dat betreft beter geslaagde pogingen. Julian en Damian Marley komen in '97 tamelijk sterk voor de dag tijdens goed ontvangen concerten. Ook Rita Marley en The Wailers treden op in Nederland. Hun concerten zijn matig en lopen over van de door iedereen geclaimde Marley-classics. Marley's vijftigste geboortedag resulteert in eerbetonen, die niet allemaal een waardig karakter hebben. Ontdekker Jimmy Cliff is in mei '95 de speciale gast van een tribute-package met The Wailers, I-Threes en Ziggy Marley & The Melody Makers. Oude Marley-covers van reggae-acts als The Heptones, U-Roy en Augustus Pablo zijn verzameld op "TRIBUTE TO BOB MARLEY" en "TRIBUTE TO BOB MARLEY PAKT 2". Rita Marley brengt in '95, het jaar waarin Marley vijftig jaar zou zijn geworden, "THE MARLEY FAMILY ALBUM" uit. Het album stinkt, want de Marley-familie (Bob, Rita zelf, Julian, The Melody Makers, en de I-Threes) draaft slechts op ter meerdere eer en glorie van artiesten van Rita's platenfirma. Ondertussen raken allerhande auteurs maar niet uitgeschreven over het Jamaicaanse fenomeen

Terug naar Hoofdindex