Aerosmith                      
 
 
Steven Tyler (26-03-1948) zang
Joe Perry (10-09-1950) gitaar
Brad Whitford (23-02-1952) gitaar
Tom Hamilton (31-12-1951) bas
Joe Kramer (21-06-1950) drums
 
Succesvolle Amerikaanse hardrockgroep uit de jaren '70 die ook in de daaropvolgende jaren '80 en '90 met haar aan The Rolling Stones en The Yardbirds schatplichtige stevige rocksongs en met powerballades populair blijft en volledig voldoet aan de definitie sex, drugs and rock 'n' roll. Na een tijdje als roadie voor The Yardbirds gewerkt te hebben en de drumsticks gehanteerd te hebben in de groep The Chain Reaction, leert Steven Tyler Joe Perry kennen. Het duo besluit Aerosmith op te richten samen met bassist Tom Hamilton, drummer Joey Kramer en gitarist Ray Tabano, die echter snel vervangen wordt door Brad Whitford. De groep verhuist naar Boston en wordt dankzij vele cluboptredens zeer populair in de buurt van Boston en New York. In 1972 tekenen de heren een platencontract met Columbia Records dat een jaar later hun titelloze debuut uitbrengt. Met de single 'Dream On', dat op plaats 59 belandt in de Amerikaanse hitparade krijgt Aerosmith een zekere bekendheid die nog versterkt wordt door een succesvolle Amerikaanse tournee. De op eenvoudige blues gebaseerde hard rock en de dubbelzinnige grappen en teksten spreken steeds meer aan en de groep breekt in 1975 definitief door met haar derde album, 'Toys in the Attic', dat de elfde plaats van de verkoopslijsten bereikt in de VS Met singles als 'Walk This Way' en het heruitgebrachte 'Dream On' en de langspeler 'Rocks' weet Aerosmith haar reputatie nog te vergroten, maar nadien lijkt de band toch in verval te raken. Extreem drank-, drug- en vrouwengebruik beginnen hun tol te eisen en na het teleurstellende 'Night in the Ruts' uit 1979 verlaat Joe Perry de groep, wat later gevolgd door Brad Whitford. Beiden worden vervangen door Jimmy Crespo en Rick Dufay, die mee te horen zijn op 'Rock in a Hard Place'. In 1984 keren Perry en Whitford terug en begint Aerosmith aan de reünietournee 'Back in the Saddle', maar als Tyler op het podium in elkaar stort blijkt dat alle verslavingsproblemen nog niet helemaal zijn opgelost. Met het commercieel wat tegenvallende 'Done with Mirrors' herpakt de groep zich echter op artistiek gebied en wanneer Tyler en Perry meewerken aan Run D.M.C. 's cover van 'Walk This Way' stijgt ook de populariteit van Aerosmith naar ongekende hoogten. Het einde van de jaren '80 lijkt een gouden periode te worden voor de groep, die van de door Bruce Fairburn geproduceerde albums 'Permanent Vacation' en 'Pump' respectievelijk drie en vier miljoen exemplaren verkoopt. Bovendien komen de singles 'Rag Doll', 'Love in an Elevator' en 'Janie's Got a Gun' ook in Europa in de hitlijsten terecht. Door het succes wordt ook in 1993 samengewerkt met Fairburn voor 'Get a Grip', dat voor lichte opschudding zorgt met de hoesfoto waarop een gepiercete koeienuier te zien is. Omdat Aerosmith er opnieuw in geslaagd is om een sterk en bijzonder goed verkopende langspeler af te leveren, zijn de verwachtingen hoog gespannen voor de opvolger. 'Nine Lives' ontgoochelt echter danig en de groep lijkt met harde, maar weinig creatieve rocknummers en plakkerige powerballades gekozen te hebben voor de makkelijke weg. Het creatieve dieptepunt wordt in 1998 bereikt met het zeer conventionele 'I Don't Want to Miss a Thing', de bijzonder flauwe themasong van de film 'Armageddon'. Anno 2000 werkt de groep aan een nieuw album. 'Just Push Play' ligt in maart 2001 in de winkels.